Resonantieruimte

Resonantieruimte

“Wij hebben u, o Adam, geen bepaalde woonplaats, geen eigen aangezicht, geen enkele speciale taak gegeven, opdat ge die woonplaats, dat aangezicht en die taak die ge verkiest, verwerven en bezitten zult naar uw eigen wil en wens. Voor alle andere wezens is de natuur vastomlijnd en binnen de door ons voorgeschreven wetten beperkt. Gij zult die voor uzelf bepalen, door geen grenzen belemmerd, naar eigen vrije wil, waaraan ik u heb toevertrouwd. Ik heb u midden in het heelal gezet, opdat ge van daaruit gemakkelijker alles rondom u zien kunt wat er in de wereld is. En we hebben u niet hemels of aards, niet sterfelijk of onsterfelijk gemaakt, opdat ge als een vrij en soeverein kunstenaar uzelf boetseert en modelleert in de vorm, die ge verkiest. Het staat u vrij naar het lagere, het dierenrijk te ontaarden; maar ge kunt u ook verheffen naar het hogere, het goddelijk rijk door eigen wilsbeschikking.”

Bron: Pico della Mirandola, Over de menselijke waardigheid, Arnhem, 1968, p. 11. In Rizzuto, Giovanni, Mediale levenskunst. Een interculturele polyloog, Brussel 2014, (ASP), Pag. 11

De mens is apart gezet, een feit, dat soms aanleiding geeft tot hoogmoed, hybris: De mens die zichzelf als sluitstuk ziet van een schepping of een evolutieproces. De MENS als (on)gekroonde koning van dit heelal (dat is misschien iets te groot voor de mens) of de wereld. Apart van wat? Apart van de natuurlijke wetmatigheden die het leven van alle andere dieren en planten bepalen. De mens kan ontsnappen, denkt hij. De mens heeft meer mogelijkheden tot zijn beschikking om de natuur aan zijn wensen aan te passen. Nu is de dood nog een feitelijk einde van een leven, over onafzienbare tijd zal hieraan worden gerommeld. Dat verwachten de trans-humanisten en al die andere utopisten die ziekte en dood zien uitgebannen in de nabije toekomst. Hebben ze gelijk, kan de mens zich onttrekken aan het (nood)lot van de dood? Kan hij ziektes definitief uitbannen zonder dat er andere dodelijke ziektes voor in de plaats komen? Kan hij definitief zijn leven vorm geven en wel zo dat ook het onvermijdelijke van de dood en het onbepaalde van wat zou kunnen gebeuren beheersbaar blijft? Een wereld volledig in menselijke hand? Ik geloof er niets van. Tegenover het geloof en de hoop van de trans-humanisten zet ik de twijfel en de contingentie die in mijn ogen absoluut is. Als er iets uit de bijbelse verhalen aan het begin te leren valt, dan is het wel het feit dat de dood een absolute grens vormt en dat deze dood door geen enkel middel kan worden opgeheven. Dat verklaart ook de passie waarmee het geloof in een leven ná de dood wordt verdedigd. De dood kan niet het absolute einde zijn, er moet iets na komen, er moet een vervolg komen, een wedergeboorte of een opstanding. Van dat laatste ben ik niet echt overtuigd maar ik moet toegeven dat ik het niet kan overzien. Ik weet het gewoon niet en alles wat ik hierover kan zeggen ontleen ik aan anderen en aan mijn eigen waarneming en gedachten.

Absolute contingentie, eindigheid in optima forma, de dood als laatste, allerlaatste grens van het leven, je zult het ermee moeten doen. Voorlopig. Zolang je die grens niet hebt gepasseerd weet je het niet. Maar omdat het een grens is, een definitieve grens kun je je ook laten beleren door dit feit. Meestal willen we ons niet laten beleren, daar houden wij autonome mensen niet zo van, maar deze keer is het anders. Onze autonomie is slechts schijn en betreft slechts een heel klein deel van ons leven. Onze beslissingsbevoegdheid is minimaal. We leven en we worden geleefd, en als we het ons niet bewust zijn, vindt het toch plaats, op een onbewuste wijze. Dat is wat Freud en vele anderen al lang hebben aangetoond. Ons bewustzijn is slechts fragmentarisch, exemplarisch voor slechts een deel van ons denken en ons leven. Onze emoties gaan soms de weg van het onbewuste en kiezen vaak voor het niet rationele. Alleen al het feit dat we emoties hebben en ons erdoor laten leiden en bepalen is al een argument voor het bestaan van het onbewuste. De dood is dus onze grens. Dus kun je van deze mogelijkheid en dit feit ook een leermoment maken. MEMENTO MORI, het feit dat je zult sterven kan je helpen om de tijd daarvoor goed te besteden. De tijd voor je dood is als het ware apart gezet (door God?) van de dood, de dood als grens. Zoals de dood apart is gezet van het leven en je levenstijd. De ervaring van de dood staat werkelijk helemaal apart, helemaal op een onvoorstelbare plaats in je leven. Veel zaken in je leven die apart staan, die anders zijn omdat ze apart staan of die anders worden omdat ze apart worden gezet, zijn veelal zichtbaar en ervaarbaar. Zoals de Sabbat apart staat van de andere dagen van de week, zoals een mens als partner voor het leven, apart staat (door het huwelijk bijvoorbeeld, de rituele en existentiële vertaling daarvan) van de andere mensen die niet deze specifieke relationele vorm van bestaan met jou hebben. Zo is de naam van een mens een vorm van apart zetten, onderscheidend. Alles onderscheidende is een manier van apart zetten.

Alles buiten jou is apart van jou gezet. Je valt er niet mee samen. Je valt ook niet samen met de ruimte waarin je jezelf bevindt of met de tijd die je doormaakt. Dat niet samenvallen met is misschien de reden ervoor dat wij levenslang blijven verlangen naar een situatie, naar een toestand waarin we meer zouden samenvallen met iets…Dat iets kan van alles zijn, maar het samenvallen met ons voedsel (eten, verslinden) of het samenvallen met de materie die ons omgeeft, (opgenomen in een auto, een vliegtuig, een gevangenis, een huis) is nooit echt bevredigend omdat het verlangen er niet door wordt gestild. Een wereld zonder transcendent houvast, zonder diepere wortels in het transcendente zweeft, is niet echt thuis gekomen, is vervaarlijk onevenwichtig. Nu zullen de tegenstanders, de materialisten, de mensen die inzetten op ratio en niets van het goddelijke willen weten, gaan beweren dat het houvast in het transcendente pas echt een vorm van zweven is. Toch beweer ik het tegenovergestelde. Het transcendente geeft je pas echt houvast, je overgave aan de ‘hemel’ zoals de Taoïsten zeggen geeft je bestaan pas echt een basis. Noem het het goddelijk rijk, het koninkrijk van God, noem het de hemel, de aardse werkelijkheid van het hier en nu en de onverbiddelijke dood ontstijgend, het maakt niet uit. De heteronomie in dit bestaan overstijgt onze autonomie. We zijn niet alleen, niet autonoom, niet zelfbepalend. De mens is een klankkast, een resonantieruimte voor het goddelijke en van het goddelijke. Waarom? Omdat de mens bestaat dankzij en door zijn ziel. De ziel is het fundament en het centrum waarin het transcendente zichtbaar wordt in dit materiële leven. Apart gezet, dat wil letterlijk zeggen: heilig. Al het heilige is apart gezet, het apart gezette is het heilige. Denk daar maar eens over na. Dat kan in ons zelf gegraven graf, het louteringsgraf, menento mori in de tuin van de Studentenkerk aan de Radboud Universiteit te Nijmegen. Een bijzonder kunstproject. Ook nog na de zomervakantie. Op You tube ook te zien: https://www.youtube.com/watch?v=dbb20ZJH_SI&feature=youtu.be

John HACKING

17 juni 2019

Een gedachte over “Resonantieruimte

  1. Het leven in al zijn vormen doorgeven, naar geest en eventueel lijf en leden, een mooie vorm van samen bestaan over de dood heen. Dus komaan, sta op en wandel. Ga er niet bij liggen!

    Like

Reacties zijn gesloten.