
In de Kabbala wordt beschreven hoe God met de letters van het alfabet de wereld schept. Het woord, dat uit letters bestaat, verwijst niet alleen naar het voorwerp dat bij name genoemd wordt – (in dit denken is taal geen verwijzing als een soort verkeersbord, of een teken dat is afgesproken) – maar is in waarheid de schepping van het voorwerp. God schept met woorden, met letters. Alle letters en alle getallen hebben meervoudige betekenissen en verwijzen naar tal van onderdelen uit de schepping. Letters als ‘moeders’ en als ‘vaders’. Letters als baarmoeders. Letters als bron van nieuwe elementen. Zowel op micro als op macro niveau. Lichaam, wereld en kosmos, emotie, gevoel en ratio, goed en kwaad, alles hangt met elkaar samen in deze ‘theologie’. Een uitgebreide verhandeling over de Kabbala en de schepping via de taal is te vinden op Spotify: Kabbala, der geheime Schlüssel, (gesproken door Jalda Rebling). Of je nu wel of niet met deze manier van denken kunt instemmen doet eigenlijk niet ter zake. Wat zichtbaar en ervaarbaar wordt in deze verhalen en in deze taal is het verlangen – het verlangen naar een verklaring, een houvast, een duiding, een meervoudige duiding van de verhalen uit de Schrift in samenhang met het eigen leven en de eigen context in deze wereld. Zo ontstaat een verhalencorpus dat de wereld van de gelovige (mystieke) Jood die zich met de kabbala bezighoudt kan dragen in een wereld van vervolging en racisme.
VIVIR
Partir el pan
en el altar de la esperanza
con palíndromos
echar un ancla
en el tiempo
buscar con el bastón del ciego
hacia la luz
encontrar la llave
en la palma del ser.
LEVEN
Het brood breken
op het altaar van de hoop
met omkeerwoorden
een anker werpen
in de tijd
met de blindenstok zoeken
naar het licht
de sleutel vinden
in de handpalm van het zijn.
Germain Droogenbroodt
Een herinnering: Bretagne, een groot strandhotel waar de badgasten in en uit gaan. Zelf logeer je er niet. Maar je ziet wel de grandeur (ook die uit het verleden), de luxe, de vanzelfsprekendheid waarmee het leven zich hier afspeelt. Weemoed, melancholie achteraf. Hoe graag had je hier ook gast willen zijn, weken doorbrengen in leegte, in de waarneming van het de zon die ondergaat in de zee, het geroezemoes op het terras. De gasten die aan tafel gaan, de obers die zwierig de gangen serveren. Een enkeling die nog over het strand loopt, de golven die tegen de stenen pilaren klotsen, de nacht die langzaam bezit neemt van de dag. En af en toe een boek, een verhaal dat je waarnemingen begeleidt. Een goed gedicht, een geliefde dichter die je met je meedraagt. Notities die je maakt met je vulpen in je boek dat je altijd bij je draagt.

RETOMAR FUENTES
En lo insondable
hallar un fondo
rastrear las horas perdidas
en el remolino del tiempo
percibir el silencio
no como vacío
sino como plenitud
desdoblar la luz
con las sombras de la noche.
HERBRONNING
In het bodemloze
een bodem vinden
verloren uren lezen
in de maalstroom van de tijd
de stilte
niet als leegte
maar als volheid ervaren
licht ontvouwen
met de schaduwen van de nacht.
Germain Droogenbroodt
De Duitse kunstenaar Anselm Kiefer, schilder en beeldhouwer, filosofeert met zijn werk over de werkelijkheid. Hij vertrouwt meer op de taal van het gedicht, hoewel hij weet dat dit ook illusionair is, dan op de waarneming van de werkelijkheid om zich heen. Dat zegt hij in een zijn eerste college dat hij geeft in het prestigieuze Collège de France. In deze voordrachten probeert hij aan de hand van concrete voorbeelden van zijn werk te duiden waar het hem in zijn scheppen om te doen is en hoe dit proces plaatsvindt en kan plaatsvinden. Meestal is het een zoektocht waarvan de uitkomst niet vaststaat. In een van zijn ateliers heeft hij een muur van containers gebouwd die gevuld zijn met werken die daar in het donker wachten, wonen, verstopt zijn. Die er misschien nooit meer uitkomen. Werk dat niet af is, werk dat uit beeld is geraakt en met opzet verborgen. Kiefer loopt vaker vast, dan weet hij niet hoe hij verder moet. Hij schrijft:
Manchmal, wenn ich bei einem meiner Bilder nicht weiter weiss, setze ich mich vor der Schreibmaschine und schreibe etwas auf. Eine Ausflucht, die mich aber in Sicherheit wiegt: Die Worte beschützen mich und führen mich auf das Wesentliche zurück. (pag. 16)
Bij hem is taal een deken, een omhulsel dat bescherming biedt, dat houvast geeft, dat als het ware uit de leegte van het niets vormen creëert, inhoud schept, beelden visualiseert en grond geeft om op te staan. Taal als vaste grond onder je voeten. Het is ook niet voor niets dat Kiefer gefascineerd is door de verhalen uit de kabbala en veel van zijn latere werk is hiervan afgeleid en vorm een uitdrukking van dit verhalencorpus.
Schrijven kan dus een weg naar verlossing zijn. Het kan uitkomst bieden, het opent een weg, een route. Schrijven, taal, is het verlangen stem geven, om op weg te gaan en om ervaringen tijdens deze reis vast te leggen, mee te delen, en zo het verlangen te ondersteunen, te doen groeien. Net als bidden, dat het verlangen stem geeft en in woorden giet wat in de ziel leeft. Geloven, zo luidt een verklaring is standvastig blijven in de hoop. Standvastig in het verlangen dus. Een geloofsbelijdenis is een verlangenbelijdenis. Misschien is het daarom ook goed om te luisteren, eerst goed te luisteren naar je innerlijk, je zelf, je verlangen, je diepste verlangens…En dan de keuzes maken die daarbij horen. Zodat je zelf en je verlangens tot hun recht komen.
John Hacking
17 juni 2021
Bronnen:
Kiefer, Anselm, Die Kunst geht knapp nicht unter. Vorlesungen am Collège de France, 2020 (Edition Heiner Bastian im Schirmer/Mosel Verlag)
