Het volk en de democratie

2024 Democratie en volk

“De dood is daar, onontkoombaar staat hij aan het eind van de weg en hij tart ons: onmogelijk om aan hem te denken zonder onmiddellijk de nietigheid van onze pogingen te zien, de grote, vergeefse, absurde illusie die het leven is.”

Roger Martin du Gard (geschreven tien dagen voor zijn dood) (pag. 365)

Het blijft een vreemde situatie in Nederland. Een ‘partij’ met één lid die de verkiezingen wint en dus het voortouw neemt bij de besprekingen voor een nieuwe regering. Een lid slechts! Wat als dit lid plotseling komt te overlijden? Wordt de partij dan opgeheven, of is ze bij deze opgeheven?
Waarom staat het Nederlands democratisch bestel een deelname van een dergelijke ‘partij’ toe bij de verkiezingen?
Een ‘partij’ met één lid heeft geen ledenraad, geen stemrondes, geen interne verkiezingen en geen raadpleging van de leden. De leider van de partij, het enige lid, is de baas. Wat hem niet zint heeft repercussies voor de deelname in de kamer. Of je komt niet (meer) op de te verkiesbare plaatsen. Oudleden van de partij, uitgetreden leden, klagen over de niet-democratische structuur van de ‘partij’ en het optreden van de leider. Ook de thema’s waar men mee naar buiten treedt worden door de leider voorgekauwd en daar mag men niet van afwijken. Ook al gaat het in gemeentes of in de provincie om een heel andere context waar die thema’s niet of nauwelijks spelen. Bijvoorbeeld het negatief benaderen van alles wat met de Islam te maken heeft of met de vluchtelingen- en asielproblematiek, dat moet op een blijven staan – alsof de wereld hierom draait. Veel van die thema’s zijn voor de landelijke politiek bedoeld en vooral voor de ‘bühne’: zo van ‘kijk eens waar wij voor staan’. Door ze zo te verabsoluteren ben je in feite hard aan het liegen, want de werkelijkheid is heel wat complexer. Dat de leider door zijn uitspraken stevig moet worden beveiligd, en dat al bijna 20 jaar lang, allemaal op kosten van de belastingbetaler, heeft hij aan zichzelf te danken door zijn radicale uitspraken. Geen echt privéleven meer en dat omdat hij niet zijn mond kan houden noch zijn gedrag op sociale media kan inperken.

Dictatorschap

De leider is de alleenheerser in die ‘partij’. Dat heet met andere woorden een dictator in zijn eigen partij. Hij bepaalt en wil alles onder controle houden. Een onmogelijke taak. Maar gelukkig heeft hij geen leden die een eigen mening hebben maar volgelingen, lakeien en ja-knikkers die de slippen van zijn mantel dragen. Die namaak-leden zitten nu ook in de Eerste en Tweede Kamer, ‘would-be’ leden want zij zijn door de verkiezingen gekozen om het volk dat hen heeft gekozen te vertegenwoordigen. Velen zelfs totaal onverwacht omdat de uitslag beter was dan voorspeld.
Kan een partijdictator – ook al zet hij sommige (onhaalbare – want in strijd met de grondwet) plannen even ‘on-hold’ – een goede vertegenwoordiger zijn in een democratisch bestel, kan hij en goede premier zijn voor alle landgenoten, kan hij water bij de wijn doen en samenwerken? In principe kan een partijdictator dat niet want dan is het geen alleenheerser meer. Zijn optreden tot nu toe onder het mom van ‘vrijheid’, iets wat de partijnaam versiert, maar wat zeer twijfelachtig is omdat het een zeer beperkte opvatting van vrijheid is, getuigt niet van enige tolerantie en wil tot samenwerking. Integendeel, hij blinkt uit in de demonisering van andere democratisch gekozen leden van het kabinet en de kamer, hij zet de toon bij het aanvallen van andersdenkenden, hij is een voorbeeld voor veel radicaal denkende racisten en ander tuig dat zich hierdoor gelegitimeerd voelt om op internet helemaal los te gaan. Hij is een voorbeeld hoe de vrije pers, de rechtspraak, de cultuur en de kunst monddood wordt gemaakt als het aan hem ligt. Hij is een smet op het blazoen van de democratie en dat wil het land besturen?
Partijen die met hem samen willen werken zijn machtsgeil en gooien hun (democratische) principes voor de leeuwen. Ze kijken niet verder dan hun neus lang is. Zwart-wit: over 25 jaar is half Nederland onder water gelopen en het andere deel ervan bezet door Rusland. Dat is natuurlijk een vorm van cynisch zwartkijken – iets voor een striptekenaar, maar het schetst wel de gevaren die in de toekomst op de loer liggen als meegegaan wordt in het discours van een dergelijke partijdictator.
De ene alleenheerser spiegelt zich in de wereld aan de andere alleenheerser. Zo komt de een na de andere dictator aan zijn inspiratie: In de VS, Brazilië en Argentinië, Hongarije, China, Wit-Rusland en Rusland zelf, Turkije, Syrië en tal van andere landen waar tragische figuren de macht grijpen en waar geen echte democratie heerst. En hun lakeien lachen in hun vuistje want de toekomst belooft dat ze slapend rijk gaan worden. Er is geen dictator bekend die daar niet van heeft geprofiteerd. Paleizen in sommige landen maken dat meer dan duidelijk. In Afrika hebben de politieke leiders de neokoloniale Fransen verruild voor de Russische moordenaars die hier profiteren van de rijkdom van de landen. Tevens kunnen ze dan de corrupte politieke bovenlaag beschermen die rijk wordt over de ruggen van de bevolking. Wanneer wordt het volk echt een keer wakker?

Staat (en politiek) tegenover individu

Momenteel protesteren de boeren bijna overal in Europa tegen hun regeringen en de Europese Unie. Sinds de oprichting van de Europese Unie gaat het meeste geld naar de boeren. Dat heeft tot uitwassen geleid. Eenheidsworst in de productie van vlees en landbouwgoederen, grote bedrijven die de kleine hebben opgeslokt, goedkope prijzen voor voedsel omdat de inkopers niet meer willen betalen en het juk van de agro-industrie die pesticiden, kunstmest en veredeld zaaigoed levert. Allemaal voor een hogere opbrengst. En de banken hebben er veel geld in gestopt. Veel boeren kijken nu tegen een schuldenberg aan. Maar wie is nu de echte schuldige in dit verhaal? Moeten de subsidies maar stoppen? De prijzen omhoog zodat de klant de echte kostprijs moet betalen met als gevolg eens per week slechts vlees, zuivel en veel meer vegetarisch? Nu het klimaat gaat veranderen met grote gevolgen voor de landbouw (droogte en wateroverlast) worden er nieuwe eisen aan de boeren gesteld. Het water staat hen financieel aan de lippen, zeggen ze. Dat klopt als je door wilt gaan op de ingeslagen weg en als er niks verandert. Hoe kan de overheid hier positief in sturen? Ik vermoed niet met platitudes en schijnoplossingen waar de koe en de geit worden gespaard. Wie en wat zijn de dragende krachten in en van de maatschappij? Dat zijn de mensen, de individuele mensen. Roger Martin Du Gard schrijft op het einde van zijn leven nadat hij twee wereldoorlogen heeft meegemaakt in oktober 1957 over het individualisme het volgende:

“Steeds meer keren we de gedachte ( die ik essentieel acht voor het welzijn en het innerlijk geluk van mensen) de rug toe dat de maatschappelijke structuur zich moet aanpassen aan het individu en niet andersom. De gemeenschap is slechts een groep individuen; op zich is ze niets; de maatschappij is afhankelijk van het individu, en het is absurd te hebben bedacht dat het individu deze entiteit moet aanvaarden; vanwege haar moet lijden en zich moet opofferen voor een zogenaamd ‘algemeen welzijn’, een ‘algemeen belang’, dat slechts een abstractie is. De beschaving, de menselijke vooruitgang, zijn niet het resultaat, de vruchten van de maatschappij, maar altijd de inbreng van individuen, van het individuele genie. En het oppergezag van de maatschappij over het individu leidt tot een onvermijdelijks nivellering van individuen die de vermogens van het individuele genie zal uitputten. (…)” pag. 355-356

De staat, de overheid, de politiek die zich verschuilt achter algemene termen zoals bijvoorbeeld de inflatie, de overheidsbegroting of het tekort, de gelijke verdeling van de lasten (maar in feite niks daaraan doet), het opheffen van tekorten in zorg, onderwijs, ict, beveiliging etc. (maar niet vertelt hoe dan) iis bezig met een toneelspel, een maskerade, een ideologisch luchtgevecht. Als partijleiders roepen dat ze de armoede gaan aanpakken, de rijken hogere belastingen willen laten betalen, de kapitaalvlucht naar de belastingparadijzen willen voorkomen, etc. etc. maar er ligt geen concreet (en betaalbaar haalbaar plan) dan zitten ze in feite te liegen. Als een alleenheerser van een ‘partij’ roept dat hij voor het ‘volk’ zal gaan zorgen liegt hij want hij vertelt er niet bij op een a4tje hoe dat dan zou gaan moeten en wie er uiteindelijk de rekening betaalt. Zondebokken heeft hij genoeg op het oog maar die kosten in principe niet zoveel dat hij zich daar rijk aan kan rekenen.

En dan is er nog de oorlog en de oorlogen

De angst groeit dat de wereld steeds meer een gevaarlijke plek aan het worden is en dat ook Nederland niet buiten schot blijft. Kernwapens kunnen een snel einde maken aan elke vorm van leven in Europa. En gekken aan de macht (ook in de Russische Doema) kun je alles toe vertrouwen, zeker als er een einde dreigt te komen aan hun macht en aan hun alleenheerschappij. DE verkiezingen in de VS beloven niet veel goeds, zeker niet als een narcistische op wraak beluste sociopaat een nieuwe dictatuur wil vestigen en afrekenen met het oude democratische bestel. Een proeve hiervan hebben we nog niet zo lang geleden gezien bij de bestorming van het Capitool. Miljoenen wapens – van handvuurwapens (meer dan 100.000.000 in omloop) tot halfautomatische wapens – bevinden zich in de gezinnen in de VS. Omdat de grondwet dat goedkeurt. In welk land vinden we nog dergelijke idiote regels die getuigen van wantrouwen en het geloof in privé toegepast geweld (om eigen hebben en houden te verdedigen)? Ik blijf me verbazen over het zogenaamde ‘christelijke’ gehalte in een dergelijk land. Een farce is het. Er wordt een interne oorlog gevoerd tegen alles wat in hun ogen afwijkt (de gender-kwestie, de betogers die racisme en het Amerikaans verleden van slavernij en uitbuiting bekritiseren, abortus als recht van elke vrouw etc.). In plaats van actie tegen de rassenongelijkheid, het racisme, de discriminatie van grote groepen (door politici en politie) en de graaiende hebzucht van de rijken die de armen aan hun lot overlaten (drugs, geen onderwijs, geen woning, geen sociale ondersteuning). In feite is dit allemaal een vorm van geweld en een vorm van oorlog in het klein. De haat regeert en de wereld kleurt langzaam zwarter en zwarter. Roger Martin Du Gard schrijft in 1957 over het oorlogsvraagstuk dat hem zijn hele leven heeft bezig gehouden het volgende:

“(…)
Beslist ‘tegenstander van oorlog’ vanaf mijn geboorte … Als kind heb ik nooit de bedwelming van heroïsche verhalen gekend. De geïllustreerde biografieën van grote veroveraars lieten me koud. De overtuiging dat elke oorlog een misdadige onderneming is, dat de wederzijdse moordpartij van twee menselijke groeperingen een niet goed te praten waanzin is, heeft zich vanaf mijn eerste contact als scholier met de geschiedenis aan mijn vreedzame, dromerige en zelfs vreesachtige natuur opgedrongen, ver voor de leeftijd waarop ik de ernst van het probleem, de omvang en de complexheid ervan kon beseffen. Toen ik tijdschriftartikelen begon te lezen en boeken over de oorlog in het algemeen, ben ik blijvend geïnteresseerd geraakt in dit probleem, erop belust argumenten te verzamelen die mijn ingeboren afkeer konden legitimeren. Ik was niettemin nieuwsgierig om ook de omgekeerde stellingen te bestuderen, en ik probeerde onpartijdig te zijn. Maar ik was niet gevoelig voor de redeneringen en nog minder voor de chauvinistische beweringen van degenen die, denkend dat oorlogen voor altijd onvermijdelijk waren, niet aarzelden te verkondigen dat ze waarschijnlijk noodzakelijk waren voor de evolutie van de menselijke gemeenschappen die naast elkaar bestonden op de planeet en met elkaar wedijverden. Ik koesterde tegengestelde verwachtingen. Ik wilde geloven dat de vooruitgang van de beschaving-en met name van de dappere, verstandige generatie waartoe ik de illusie had te behoren – deze schandelijke nawerkingen van de primitieve barbarij spoedig zou overwinnen. Het is overduidelijk, zei ik bij mezelf, dat elke beschaafde natie de oorlog als een ergste ramp beschouwt: het is onbegrijpelijk dat oorlogen elkaar in loop der eeuwen zijn blijven opvolgen en dat de ene generatie na de andere erin heeft toegestemd de beste van haar kinderen op te offeren, alsof de mens weerloos is overgeleverd aan de wreedheid van een onontkoombare biologische wet. We droomden al van internationale arbitrage, van wereldvrede.(…)” pag. 353-354

Die wereldvrede is er na de Tweede Wereldoorlog niet gekomen. Het probleem van de oorlog en de haat blijft ook voor Du Gard onoplosbaar en een mysterie. Je zou willen wensen dat er meer jongeren zijn zoals hij in zijn jeugd, die absoluut ongevoelig zijn voor de haat die gepredikt wordt tegenover anderen, ongevoelig voor de oorlogshitserij en het geweld daarbij in naam van volk en vaderland. Maar dat zal waarschijnlijk een vrome wens blijven. We zullen zien wat de toekomst brengen zal.

John Hacking
30 jan 2024

bron: Du Gard, Roger Martin, Kijken door een sleutelgat. Dagboeken en herinneringen. Vertaald door Anneke Alderlieste, Amsterdam – Antwerpen 2022, (Arbeiderspers)