Leegte en betekenisloosheid die kunnen verwijzen naar nieuwe betekenissen en nieuwe vormen van waarneming van de werkelijkheid.
Voor Edmond Jabès (Frans dichter/filosoof) is de ervaring van ‘vreemd-zijn’ in het leven mede gebonden aan de ervaring van de woestijn en de leegte daarvan. Zelf bracht hij geruime tijd in de woestijn door en ervoer hoe het was om door deze leegte gegrepen te worden, te ervaren wat stilte en leegte in werkelijkheid is. Toen hij is gaan schrijven greep hij terug naar het beeld van de woestijn en de ervaringen die hij daar opdeed. Ook het boek, het lege boek verwijst voor hem daarnaar: “Für mich doch sollte das Buch grenzenlos sein, wie die Wüste, also ein aufgesprengtes Buch… Diese Form hat sich von sich aus so ergeben, es ist eben gerade die Form der Wüste, deren einzige Schranken die vier Horizonte sind.“
Maar de woestijn is naast een lege ruimte ook een plek om God te ontmoeten: de plaats waar dat misschien kan gebeuren en waar de bijbel over spreekt. Het woord God is voor Jabès zelf vooral verwijzend, wijzend naar een leegte, een “niets” dat door ieder mens anders kan worden ingevuld en ook wordt ingevuld. Maar ook de invulling zelf gaat eigenlijk al te ver omdat het woord daarmee een betekenis ontvangt die het wezen ervan, de werkelijkheid erachter inperkt. Betekenissen geven aan het woord God perken het in, maken het kleiner, vullen het met beelden en associaties die de leegte teniet doen. Jabès zegt hierover: “Freilich ist dieser Ort auch der Ort der Gottesfurcht. In de jüdischen Tradition lautet einer der Namen Gottes – Ort. Gott ist die unerträgliche Abwesenheit der Wüste. Für mich ist das nicht der Gott der Religionen. Oft hat man mich als Mystiker bezeichnet, weil ich das Wort Gott verwende. Aber das Wort steht im Wörterbuch. Wenn man diese Wort in der Literatur nicht verwendet, so deshalb, weil man Angst dafor hat, weil man ihm also genau jenen Sinn verleiht, den auch der Gläubige ihm beilegt. Für mich ist es das Wort der Abwesenheit, etwas Ungedachtes, etwas Undenkbares, das einen dazu zwingt, die Befragung immer weiter voranzutreiben. Gott – das bedeutet auch das Wort als solches, ein jedes Wort, das die Grenzlosigkeit zerteilt.
Reduziert man das Wort auf das was es bedeutet, so erstickt man es. Man muss ihm die Möglichkeit lassen, sich auf sämtliche Wörter hin zu öffnen, von denen es bewohnt ist. Und gleichwohl – trotz diesem grenzenlosen Aspekt der Sprache – ist mir sehr an der Genauigkeit der Wörter und Sätzen gelegen. Die Vokabeln zu zerbrechen, führt zu nichts. Man kann die Offenheit nicht erzwingen. Es ist der Andere, der Leser, der die Wörter, der den Sinn zu eröffnen hat. Die Genauigkeit ist eine Pforte. Was der Leser dahinter vorfinden wird, hängt weitgehend von ihm selber ab.“
Nauwkeurig lezen dus en dicht bij jezelf blijven, de betekenissen die opduiken, boven komen, maar niet de betekenissen beschouwen als de laatste waarheid. De leegte van de woestijn kan de weg wijzen om God niet in een gouden kalf, niet in een wolk, of wat dan ook te veranderen. De ervaring van de woestijn bevat dus leermomenten die je leven kunnen gaan dragen, als je tenminste durft toe te laten wat de leegte en de stilte met je doet.
Een van de studenten die afgelopen jaren een bezoek brachten aan de Zwitserse kloostergemeenschap Grandchamp schrijft in het verslag over die reis dat een zuster verwees naar het meer waar het klooster naast is gevestigd. Het meer kan heel onstuimig zijn en wild, maar diep op de bodem is het altijd rustig. Zo zou je ook de ziel kunnen beschouwen. Diep in de ziel is het stil, kalm, leeg. Aan de oppervlakte kan het stormen, kunnen emoties het zelf heen en weer slingeren, maar diep in het zelf, diep in de ziel is het stil. Ik ga er maar even vanuit dat de ziel woont in het zelf en dat er een ziel bestaat en ook een zelf. En al zouden ze niet bestaan, het blijven mooie metaforen om een situatie te beschrijven. Dat beeld van een diep meer waar het rustig doet me niet alleen denken aan de leegte en stilte van de woestijn, maar bracht mij ook op het idee dat er verschillende bewegingen mogelijk zijn vanuit die diepte en naar die diepte toe. Dingen die aan de oppervlak beroering veroorzaken, zorgen, alles wat kwelt, laten zaken in je diepte, zodat ze tot rust komen is een beweging. De werkelijkheid beschouwen,bekijken vanuit dingen die opwellen uit de diepte is een andere beweging. Vanuit die houding in de werkelijkheid van alledag proberen te staan, ook al is de woestijn ver weg, en het meer niet naast de deur. Wie weet wat het je kan brengen aan innerlijke rust en aan verankering.
John Hacking
8 december 2011
canandanann,
al jaren stil van le rien est immense aux oreilles ( gelezen bij port zeelande )lees ik nu het essay over paul valerie geweldig , meer
LikeLike
Een Belgisch Madagascar waar de dieren in vrede samenleven en nieuwe soorten zichzelf kunnen ontwikkelen.
LikeLike