
God schept meer behagen in een werk – hoe nietig ook – dat in het verborgene verricht wordt en niet wil opvallen, dan in duizend andere die verricht worden met de bedoeling dat de mensen er weet van krijgen. Want wie voor God werkt uit zuivere liefde bekommert er zich in het geheel niet om of de mensen het zien. Maar dat niet alleen: het interesseert hem evenmin of God zelf het weet. Zelfs als Hij het nooit te weten zou komen, zou hij niet ophouden Hem op dezelfde wijze te dienen met dezelfde blijheid en met dezelfde zuivere liefde.
Uit: Jan van het Kruis, geestelijke raadgevingen en kernachtige gezegden, nr. 20
Als ik beelden op tv zie van geestelijke leidsmannen en vrouwen die met gesloten ogen en handoplegging bidden voor hun (voormalige) president, in de VS vaak gebruikelijk, vraag ik mij altijd af wat zij zeggen, waarvoor ze bidden en welke woorden ze hiervoor gebruiken. Wat is dit voor een soort gebed? Wat zit erachter en waarom moet het in alle openbaarheid worden getoond? Wie wordt er beter van en wat is het effect ervan op de volgelingen, de toeschouwers, de partijgenoten?
Op de tv zender Arte was woensdag 5 april een documentaire te bekijken over de opkomst en invloed van (veelal conservatieve) evangelicale bewegingen in de VS en elders in de wereld. Een van de conclusies luidde: deze bewegingen hebben in tegenstelling tot de stichters ervan, die een scheiding tussen kerk en staat bepleitten (globaal voor 1900), gekozen voor politieke invloed en daarmee politieke macht. Daarmee willen zij hun conservatieve agenda op het gebied van moraal en gedrag doordrukken in de samenleving. Met politieke macht kunnen rechters worden benoemd die op de hand zijn van deze bewegingen. Met politieke macht kunnen ze presidenten adviseren over bepaalde beleidszaken. Duidelijk werd ook in de documentaire dat racisme, dat eerder stilzwijgend werd getolereerd ten aanzien van de zwarte bevolking in de VS, na 1960 echt niet meer kon als uithangbord. De bakens werden verzet en nu werd het strijden tegen o.a. abortus (pro live) de vlag waaronder de aanhangers werden verenigd. Dat daarbij veel vrouwen slachtoffer zijn van geweld en verkrachting, vooral ook in de arme wijken van de steden, dat vrouwen zelf verantwoordelijkheid dragen voor hun leven, dat er nauwelijks geen of weinig opvang is voor vrouwen en hun kinderen in deze situatie, wordt genegeerd.
De Black lives matter beweging die na enkele gewelddadige incidenten tegen zwarte bewoners met dodelijke afloop een extra impuls heeft gekregen wordt niet gesteund. Eerder worden ze beschouwd als hinderlijk en daarmee wordt het racisme dat sluimert onder veel blanke statements van rechts-radicale aanhangers manifest. Sinds er iemand in het Witte Huis kwam te wonen die alle schuld bij de andere partij legt voor zijn falen, die het land groter dan groot wil maken, terug naar roem en glorie die er nooit zijn geweest, maar die in de hoofden van gefrustreerden en teleurgestelde aanhangers vonken doet overspringen, alsof er een nieuwe Messias is gearriveerd, hebben rechts-radicale groeperingen en aanhangers van allerlei complottheorieën dit als teken gezien dat ze zich meer zichtbaar ongestraft mogen uiten. En geestelijke leiders, voorgangers, mannen en vrouwen, voelen zich geroepen deze nieuwe Messias met gebed te ondersteunen, het liefst in het openbaar met veel tam-tam. Als je de optredens van een zekere mevrouw Paula W. mag geloven, is het einde der tijden aangebroken en moet het hele land mee in dit fantasma. De wijze waarop zij als geestelijk leider haar aanhangers benadert, toespreekt en ophitst laat aan duidelijkheid niets te wensen over. Ik heb het idee dat de bijbel voor veel van deze gelovigen dient als citatenboek, niet als leidraad om naar te leven. Want de olifant in de porseleinkast wordt niet benoemd. Dat is het bijna ongelimiteerde wapenbezit dat als een grondrecht wordt beschouwd, ook door heel veel volgelingen van deze christelijke evangelicale bewegingen. Hoeveel aanslagen, moordpartijen, afrekeningen er ook plaatsvinden, het wapen is heilig en elke inperking van het bezit ervan wordt bestreden.
De kinderen moeten op scholen worden beschermd tegen allerlei literatuur die hun kinderhartjes kan bederven, alles wat maar een beetje afwijkt van het heteroseksuele ideaal (want dat is normaal), alles wat wijst naar andere vormen van samenleving buiten het huwelijk, wordt geweerd en in de ban gedaan op straffe van boetes en gevangenisstraf. De kinderen moeten tegen al dit ‘geweld’ worden beschermd, maar als er een klasgenoot andere kinderen en onderwijzers afslacht is het stil, doodstil. Misschien dat ze wel in de gebeden worden herdacht, maar openlijk stelling nemen tegen al dit geweld en de gevolgen daarvan ondergaan blijkt te moeilijk te zijn. Wat zouden deze voorgangers dan bidden voor hun (voormalige) president die ook dit wapengeweld niet echt veroordeelt?
450 jaar geleden werd Johannes van het Kruis geciteerd met betrekking tot de vraag hoe je kunt bidden vanuit een ware geest. Ter sprake komt een non die bidt in het openbaar maar helder is dat ze niet beantwoordt aan de opvatting van Johannes van het Kruis hoe je zou moeten bidden. Ik citeer:
Oordeel over de geest en de wijze van bidden van een Ongeschoeide Karmelietes
Wanneer ik de wijze van bidden van deze ziel aan de ware geest wil toetsen, dan komt het mij voor dat zij vijf tekorten vertoont.
Ten eerste. Er schijnt mij een grote dosis gulzigheid en hebberigheid aanwezig, terwijl de ware geest altijd een grote onthechting in het willen-hebben aan de dag legt.
Ten tweede Zij toont zich al te zeker en is niet wantrouwig genoeg met betrekking tot de mogelijkheid, innerlijk te dwalen. Waar dit wantrouwen ontbreekt, is nooit Gods geest aanwezig die zoals de Wijze Man zegt, de ziel voor het kwaad bewaart (vgl. Spr. 15 : 27).
Ten derde. Zij schijnt er behoefte aan te hebben anderen te overtuigen en te doen geloven dat wat zij bezit goed is en veel. De ware geest heeft dit niet Integendeel, hij heeft graag dat men het van weinig waarde acht en het geringschat; en zelf doet hij dit ook.
Ten vierde, en dit is het voornaamste. Het komt mij voor, dat uit deze wijze van bidden geen nederigheid voortvloeit. Als die gaven echt zijn, zoals zij hier zegt, wordt dit gevolg doorgaans altijd aan de ziel medegedeeld: in een innerlijke overrompeling van nederigheid wordt de ziel vermorzeld en tot niets gereduceerd. Als de gunsten bij die zuster deze uitwerking hadden gehad, dan zou zij niet nalaten daar iets of zelfs veel over te schrijven. Want het eerste dat bij de ziel opkomt om het te zeggen en te waarderen zijn deze uitwerkingen van nederigheid. Die zijn namelijk zonder enige twijfel zo krachtig, dat zij ze niet kan verbergen. Hoewel deze uitwerkingen niet in iedere kennis van God even duidelijk zijn, ontbreken zij toch nooit bij die kennis, welke zij hier vereniging noemt: Quoniam antequam exaltetur anima, humiliatur – Want aan de verheffing van de ziel gaat vernedering vooraf (Spr. 18 : 12), en: Bonum mihi, quia humiliasti me – Het was mij goed te worden vernederd (Ps. 118 :71).
Ten vijfde. De stijl en de taal, waarvan zij zich daar bedient, lijken mij niet in overeenstemming met de geest waarover zij het hier heeft. Die geest immers leert een eenvoudiger stijl zonder aanstellerij en woordenpraal zoals die hier geëtaleerd worden. Alles wat zij volgens haarzelf tot God sprak en God tot haar lijkt mij wartaal.
bron: Johannes van het Kruis, Mystieke werken uit het Spaans vertaald volgens de laatste kritische uitgaven en van een inleiding voorzien door J. Peters O.C.D, J.A. Jacobs, Gent 1975 (Carmelitana)
Als we deze criteria zowel op ons eigen bidden, als wel op het bidden in het openbaar zouden toepassen, wat krijg je dan? Jezus zegt dat wie wil bidden, dat het liefst in stilte, teruggetrokken, weg van de mensen en de aandacht moet doen. Zelf was hij regelmatig in de woestijn te vinden om te bidden. Zonder toeschouwers en andere belangstellenden. Zijn gebed dat hij leert aan zijn leerlingen is doodeenvoudig en van een wonderlijke directheid. Dat zou eigenlijk voldoende moeten zijn. Ook voor de voorgangers van gemeentes en geestelijke groeperingen. Johannes van het Kruis legt de vinger op de wonde. Bidden in het openbaar zodat iedereen kan zien dat gebeden wordt, en kan horen wat gezegd wordt, dient niet het innerlijk, maar is uiterlijk vertoon waar andere bedoelingen achter zitten…De innerlijke mens en de uiterlijke mens, de innerlijkheid en de uiterlijkheid, het zijn werelden van verschil. Beiden bij elkaar brengen, het zal niet echt gaan lukken. Johannes van het Kruis kiest voor de innerlijke mens. Geverfd door de wol door een mystieke praxis weet hij waar hij over spreekt. Aan ons, om zich er iets van aan te trekken.
John Hacking
7 april 2023 (Goede Vrijdag)
