Kruisweg in Amsterdam

Art Stations of the Cross (2019)

“Art Stations of the Cross is een uniek publiek kunstproject, een contemplatieve pelgrimstocht langs veertien hedendaagse kunstwerken die aanzetten tot reflectie over actuele vormen van onrecht. Na Londen (2016), Washington (2017) en New York (2018) nu in Amsterdam.” Foldertekst

Samen met collega’s studentenpastores hebben we 10 van de veertien staties van deze kruisweg bezocht en bekeken. Opdracht was om eerst de plek en het kunstwerk op je in te laten werken. Daarna gaf de gids en samensteller/curator van deze expo Anikó Ouweneel-Toth tekst en uitleg. Lieke Wijna, kunsthistorica verzamelde indrukken voor haar onderzoek en hield op het einde van de rondleiding een lezing over vindplaatsen van het heilige in musea en/of kerken. Dat is in het kort de samenvatting van een boeiende studiedag.

Maar daarmee is eigenlijk zo goed als niets gezegd. Praten over levert weinig inzicht. Je blijft letterlijk op afstand. Praten vanuit, vanuit de ervaring, kan deze realiteit wat dichterbij brengen. Dat zal ik proberen in deze tekst. Inzet van deze pelgrimstocht langs staties van de kruisweg was het ervaren van de relatie tussen het lijden van Jezus en het lijden van de hedendaagse mens. Dat alles in het kader van de vastentijd waarin dit lijden van Jezus opnieuw onder de aandacht wordt gebracht als voorbereiding op het feest van Pasen.

Terugkijkend op deze tocht, ik had dat al toen ik op de terugreis was naar huis, moest ik concluderen: “als ik alleen was geweest en deze tocht alleen had gemaakt, had ik alleen maar gehuild.” Dat geeft aan hoe indrukwekkend ik de verbeeldingen vond van deze moderne staties – of beter, want het waren eigenlijk geen echte staties, maar kunstwerken in relatie met een statie – hoe sterk deze kunstwerken waren in hun uitbeelding van het hedendaagse menselijke lijden. Stuk voor stuk riepen deze werken vragen op, maakten ze nieuwe betekenissen zichtbaar, legden ze bloot wat er aan onrecht, geweld en lijden in onze samenleving speelt. Vluchtelingen die weggeworpen worden als oud vuil, mensenhandel, ideologische slachtpartijen waarin zogenaamde tegenstanders worden omgebracht (door Islamitische Staat IS), prostitutie, uitbuiting, waren de thema’s die aan de orde kwamen.

Een van de meest frapperende dingen die mij troffen was het feit dat veel plekken midden in de rosse buurt waren, De Wallen, de ‘Red Light District’, waar de straten bevolkt zijn met talloze nieuwsgierige toeristen. Ik heb me dan ook afgevraagd wat nou eigenlijk het echte verlangen is dat hier wordt aangewakkerd en dat door de stad wordt getolereerd, en dat zoveel duizenden per dag aantrekt. Welke idolatrie vindt hier plaats, welke afgoden worden hier op hun voetstuk gezet: seks en drugs alleen? Verdwazing en behoeftebevrediging? Maar wie betaalt de prijs? Een van de staties was een kunstwerk van Yona Verwer en Katarzyna Kozera, Troubled Waters, in de

Reinwardt Academie (Hortusplantsoen 2), waarbij de kunstenares Yona Verwer zelf uitleg gaf. (Bij de statie ‘Jezus valt voor de eerste maal’). Te zien waren twee bewerkte afbeeldingen en een paar plattegronden. Een afbeelding van de Jodenvervolging gedurende de Tweede Wereldoorlog, een afbeelding van vrouwen achter ramen in de rosse buurt. Via een Ipad kon men meer afbeeldingen bekijken (mbv augmented reality). Daarmee wees dit kunstwerk rechtstreeks naar de uitbuiting van vrouwen op de Wallen. Een plek die volgens een krantenartikel deze week, grotendeels gefinancierd wordt met crimineel geld. De onderwereld komt hier aan het licht in de bovenwereld.

Een ander werk dat grote indruk maakte was het columbarium van Masha Trebukova in de Mozes en Aäronkerk (Waterlooplein 207) met afbeeldingen van geweld begaan door aanhangers van IS en anderen. Ook werden er 6 boeken via een beeldscherm getoond, tijdschriften met vooral veel kleding, bijlages bij een krant, die per pagina waren overgeschilderd met geweldsscenes. De statie ‘Jezus wordt van zijn kleren beroofd’ kreeg zo een extra pijnlijke lading. Bij de eerste statie “Jezus wordt ter dood veroordeeld’ stond een werk van Hansa Versteeg, Madonna del Mare Nostrum, Mantel der Liefde, (Nicolaaskerk Prins Hendrikkade 73). Een afbeelding van vrouw met kind gewikkeld in folie dat geredde vluchtelingen uit zee omgehangen krijgen. Deze mantelmadonna kan symbool staan voor alle vluchtelingen die onder haar mantel kunnen schuilen en die door de samenleving aan hun lot worden overgelaten. Tijdens de Dokumenta in Kassel in 2017 stonden in de Lutherse kerk (Luther und die Avantgarde) een aantal tafels vol met bezittingen van vluchtelingen die achtergebleven waren in de boten. Ik heb een filmpje hiervan gemaakt. Deze resten blijven indrukwekkend omdat ze getuigen van de (veelal dode) mensen van wie ze waren. (https://vimeo.com/226411350)

Waarom raakt deze wijze van verbeelding van de kruisweg mij zo sterk? Omdat ik zelf een aantal keren een kruisweg en scenes uit het lijden van Jezus heb geschilderd. Mijn persoonlijke betrokkenheid bij vorm en inhoud, bij actualiteit en zeggingskracht is daarom groot. Elke verbeelding riep meteen nieuwe associaties bij mij op en zette aan tot (nieuwe) betekenissen, verdieping, contemplatie. In de Allemanskapel (Oudezijds Achterburgwal 100) had Anjet van Linge, een stenen zuil neergezet met het Kyrië eleison erin gebeiteld. Ontferming. Op deze plaats die altijd toegankelijk is midden in mijn ogen de grootste ‘achterbuurt’ van Amsterdam, alleman, iedereen is er welkom, had het werk betrekking op statie 12 ‘Jezus sterft aan het kruis’. De psalm voor die dag was psalm 122 ‘Verheugd was ik toen ik hoorde, wij gaan naar het huis van de Heer’. De roep om ontferming en de realiteit op straat in de huizen in deze buurt komen hier bij elkaar. Als je dat tot je door laat dringen kun je alleen maar huilen.

In de Waalse kerk een stuk verder (Oudezijds Achterburgwal 159), bij de statie ‘Jezus wordt aan het kruis genageld’ hingen een aantal boten aan het plafond: Erica Grimm, Salt Water Skin Boats. Verwijzend naar de boten van de vluchtelingen, maar ook naar de Hugenoten die hier eeuwen geleden hun toevlucht vonden. Een typische kerk, de hele vloer is bezaaid met grafstenen. De vieringen vinden dus letterlijk plaats op de resten van de overledenen. Jan Tregot, The Last Days (Museum Ons’Lieve Heer op Solder, (Oudezijds Voorburgwal 38-40) toont ons een afgeslachte Christus (bij de statie ‘Jezus wordt van het kruis afgenomen). Een kruisbeeld dat een verminkte corpus – uiteengerukt – laat zien, een heftig werk dat de toeschouwer nog eens goed inwrijft dat deze dood gruwelijk is. Misschien ook een poging om het beeld van de gekruisigde, dat inmiddels zo vertrouwd is geraakt, opnieuw te actualiseren. Het gruwelijke van de kruisdood in een ander licht zodat navoelbaar kan worden wat hier eigenlijk aan de gang is.

Een persoonlijke inkleuring van ‘Jezus troost de wenende vrouwen’ was te zien in de Doopsgezinde Singelkerk (Singel 452) via een werk van mijn collega Arent Weevers, Josephine’s Well, een videokunstwerk waarin een vrouw omhoog zweeft en zich in haar volle naaktheid toont aan de toeschouwer. De vrouwen door Jezus getroost exemplarisch vertegenwoordigd in dit ene beeld. De haren van de vrouw doen denken aan het drogen van Jezus voeten en aan de meisjes van Jeruzalem uit het Hooglied. In dezelfde kerk was ook een werk van Janpeter van Muilwijk te zien bij de statie ‘Jezus valt voor de derde maal’, een afbeelding van een naakt meisje boven een doodskist, Der Tod und das Mädchen, een schilderij dat het einde vormt van een cyclus waarin de kunstenaar de dood van zijn dochter probeert te verwerken. Bij het horen van deze laatste betekenis krijgt het werk opeens een volstrekt andere lading die het op het eerste gezicht misschien niet heeft. Het zwevende meisje hangt tussen hemel en aarde en de dood is slechts een donkere schim in de vorm van een kist. De dood als deur. Een thema dat ik jaren geleden al eens heb uitgedrukt in een gedicht. Het is daarom alsof deze kruisweg ook bij mij weer oude herinneringen bovenbrengt, herinneringen die mij in het dagelijks leven, ook door mijn soort van werk, voortdurend blijven begeleiden.

Onze gids Anikó was vol enthousiasme over deze expositie. Opviel was dat zij bij veel staties ook een positieve betekenis naar voren bracht. In het Hongaars is het woordje mens hetzelfde als het woordje wereld, zo vertelde zij. Elk mens een wereld, elke wereld een mens. In de film Dersu Oezala van de Japanse regisseur Kurosawa zegt de gids iets soortgelijks: voor hem is elk dier, zelfs ook de wind en het vuur, het water, de lucht, menselijk. Hij laat zijn medereizigers ervaren dat elke dier en elk element in de natuur met respect moet worden benaderd en dat een functionele en afstandelijke benadering onrecht doet aan dier en element. Voor ons westerlingen misschien vreemd maar voor iemand die afhankelijk is van de omgevende natuur eigenlijk vanzelfsprekend. De kunstenaar G. Roland Biermann, Stations II die een werk maakte in de Hoftuin (Nieuwe Herengracht 18) bij de statie ‘Jezus neemt zijn kruis op” is hier misschien van doordrongen. Grote kruizen, verwijzend naar het Andreaskruis, symbool voor Amsterdam, en grote rode, oranje, bruin geschilderde olievaten in de tuin (kleuren van het bloed), laten dit zien. Hoe gaan we om met de aarde, als olie leidt tot onderdrukking en geweld. Als olie, ook symbool voor zalving van Jezus, de Christus, letterlijk de gezalfde, zoveel impact heeft op ons bestaan? Hier is de relatie met direct lijden van mensen misschien wat abstracter uitgedrukt maar als je even doordenkt komen deze betekenissen vanzelf bovendrijven.

Een ander werk dat veel betekenissen opriep was het werk dat bij de statie ‘Veronica droogt het aangezicht van Jezus’ was gekozen: Güler Ates, Water no longer dances with light (Onze Lieve Vrouwekerk, Keizersgracht 218b). Een kleine kamer vol geschilderd met teksten (golvend) uit de verschillende heilige boeken, alsof je gevangen zit in en tussen deze woorden. Aan de wand enkele portretten van een volledig gesluierde vrouw op het hoogaltaar van de kerk, een plek die voor haar verboden terrein is. Op deze dag, Internationale Vrouwendag, een statement met bijzondere lading. Een andere inkleding van een ruimte was tenslotte statie 14 ‘Jezus wordt in het graf gelegd’ en de ‘opstanding’ in de Oude kerk (Oudekerksplein 23): Giorgo Andreotta Calò, installatie Heilig Graf kapel, waarbij de ruimte leeg blijft. Alleen de ramen zijn voorzien van rood doorschijnend folie waardoor de ruimte gebaad wordt in een rood licht. Rood kleur van het leven, het bloed en de rosse buurt, want we zijn op de Wallen. Voor mij is deze verwijzing naar de leegte ook een verwijzing naar de afwezigheid van God. God die niet uit de hemel spreekt. We zullen het zelf en helemaal alleen moeten doen. Geen helpende hand uit de hemel. Een lege kosmos waarin wij op deze aarde existeren. Maar dat besef heeft ook consequenties voor onze opvatting over autonomie. Kun je nog inzetten op menselijke autonomie in het licht van deze leegte? Wat is autonomie dan nog? Ook in het aangezicht van de dood. En wat te zeggen over een God die zich heeft teruggetrokken, is daar nog een relatie mee op te bouwen? Hoe zit het met Jezus die in Naam van God, zijn vleesgeworden Woord, aanbeden wordt als Gods Zoon, zijn manifestatie hier op aarde, als God afwezig is? Komt God alleen nabij via Jezus, via zijn lijden, dood en verrijzenis? Hoe zit het dan met ons lijden en ons sterven?

De kruisweg zoals die is ontstaan in de geschiedenis had onder andere tot doel om mensen dichter bij het lijden van Jezus te brengen en hun mede deelgenoot hiervan te maken. Daarvoor is dit verhaal met 14 beelden, staties bedacht. Bijbels gezien is er niet zoveel evidentie voor de letterlijke invulling van dit verhaal. Drie keer vallen bijvoorbeeld is nergens vermeld. Maar de kruisweg neemt de toeschouwer, de gelovige bij de hand en wil hem/haar iets doen ervaren. De kunstwerken die in deze expo worden getoond zijn allemaal geplaatst bij een statie maar niet expliciet gemaakt als statie (behalve dan misschien het enige werk in opdracht van G. Roland Biermann, Stations II in de Hoftuin). Je kunt de vraag stellen hoeveel beelden je nodig hebt om een verhaal te vertellen. En hoe verlopen de betekenislijnen: mag een werk ook ronduit negatief worden ervaren, tot op het bot, om zo pijn en lijden te kunnen voelen? In mijn eigen uitbeeldingen van de kruiswegscenes heb ik soms geprobeerd precies dit niet verwoordde en niet te verwoorden lijden uit te beelden. Dat is onmogelijk. Het blijft bij een verwijzing, een wijzen naar en de toeschouwer vult zelf de rest in. Net zoals de leerlingen op afstand toekijken hoe Jezus wordt gekruisigd.

Maar misschien is dat voor ons als gelovigen al erg genoeg en is het lijden dat door de kunstwerken wordt geduid en zichtbaar gemaakt voldoende om (als je ervoor openstaat) toe te laten in je leven. Heilig is in het Hebreeuws datgene dat apart is gezet, dat in de werkelijkheid aanwezig als bijzonder, zoals de sabbat bijzonder is in de week: dag van rust en dag van studie en bezinning op de heilige teksten, de verzameling van woorden die dit heilige duiden en beschrijven. De kruisweg is in de vastentijd een pelgrimstocht, een oefening om het lijden van Jezus deel te laten worden van ons leven, midden in de werkelijkheid zoals wij die ervaren. Hij maakt ons leven bijzonder als wij daarin ook iets van het heilige mogen beleven, een ervaring die ons misschien kan troosten en ondersteunen als wij durven open gaan voor die werkelijkheid die groter is dan onszelf. Een heteronomie van goddelijke oorsprong, de kruisweg als heterotopie, (een ‘andere’ plaats die iets met ons doet), die ons af en toe door elkaar kan schudden en ons doen bezinnen op waar we mee bezig zijn.

John Hacking

14 maart 2019

Meer info over mijn werk op: www.levenshorizonten.com

Afbeeldingen van mijn werk op:  http://horizonlandschap.weebly.com

film over deze studiedag: https://vimeo.com/323474993

Meer info over deze expo in Amsterdam: www.artstations.org

De expo duurt van 6 maart-22 april 2019