Christendom zonder tranen, dat is soma.
Aldous Huxley, Brave new World
Liefde begint pas waar men iets op het spel zet en waar men verliezen kan.
(…)
“Omdat het verbinding rijkste ogenblik het belangrijkste is”
Je weet zelf dat grote indrukken en zware wonden pas langzaam meer en meer voelbaar worden en dat de herinnering het ogenblik van verwonding vaak probeert weg te duwen.
Franz Werfel, Auf dem Ruhelager des Comtoirs
Ralph Waldo Emerson (1803-1882) schrijft in zijn essay Compensation: “There is a crack in everything God has made.” Leonard Cohen zal daar later over zeggen dat deze scheur, deze barst noodzakelijk is, want zo kan het licht binnenkomen. Anders blijf je opgesloten in duisternis. Niets is volmaakt en niets hoeft volmaakt te zijn. Het idee alles in de hand te willen houden is dus eigenlijk godslasterlijk. Controle is een afgod. Franz Wervel, een andere auteur merkt op dat tijd en ruimte door licht ontstaan en niet omgekeerd. Als licht de schepper is van tijd en ruimte – iets wat Cohen misschien zou beamen dan zijn wij allen kinderen van het licht en is onze kosmos een licht-schepping. Licht als energie, energie als licht. Licht tegenover de duisternis van de dood. Dat is ook het eerste woord uit het scheppingsverhaal op de eerste dag: God sprak, er zei Licht. Of zoals Im Anfang staat, de vertaling van Buber Rosenzweig: Gott sprach: Licht werde! Licht ward.
Vooraf ging de duisternis: Die Erde war Irrsal und Wirrsal. Finsternis über Urwirbles Antlitz. Braus Gottesschwingend über dem Antlitz der Wasser. Deze duisternis was toen absoluut, ze betrof alles. Het zijn woorden die lijken te komen uit een mythisch verhaal, zeker als je geen waarde hecht aan deze bijbelse afkomst. Maar duisternis en licht zijn reële grootheden, we kennen ze uit ons eigen leven maar al te goed. De duisternis lekt uit de scheuren, schreef Sylvia Plath. Het kan dus ook omgekeerd. Als de duisternis ons als een dikke deken omgeeft. Als de haat alom woedt, de oorlog wordt gevoerd, het geweld en de vreemdelingenhaat de boventoon voeren. Dan moeten de muren en deuren heel hard en heel robuust zijn om al die negativiteit buiten te houden.
Emerson stelt dat onze kracht voorkomt uit onze zwakheid. We worden op de proef gesteld en dat kan ons alleen maar sterken. Maar soms pakken we het verkeerd aan zoals de fabel van het hert. Dat bewonderde zijn horens en verachtte zijn voeten. Maar toen de jager kwam werd het gered door zijn voeten. Maar daarna raakte het gevangen met zijn horens in het struikgewas, wat zijn dood betekende. Zoals de gewonde oester de zandkorrel verandert in een parel, zo moeten we volgens Emerson groeien en transformeren door het onheil dat ons treft. Daarbij is het grootste gevaar voor een mens dat hij zichzelf bedriegt, en niemand kan hem daarvan afhouden als hij hieraan koppig vasthoudt. Maar wat heb je te verliezen? Je bent niet de meester over je leven, er is geen controle die je beveiligt tegen elk ongemak, tegen elke ziekte, tegen elke tegenslag.
Emerson vertrouwt op de ziel. Dat is de bodem waarop wij staan: de ziel is iets anders dan het fenomeen compensatie dat voortdurend in de natuur plaatsvindt. De ziel Is (met een hoofdletter). Onder alle eb en vloed – volstrekt in balans in de zee van stromende mogelijkheden, ligt de oorspronkelijke afgrond van het echte Zijn. Emerson noemt dat Zijn essentie of God. Daarmee sta je niet in relatie, maar het is het geheel waar je als ziel deel van uitmaakt. Natuur, waarheid, deugd, schoonheid komen er uit voort. Het Niets kan worden ervaren als een grote en donkere nacht maar er wordt volgens Emerson niets door verwekt, het kan niet werken en het kan geen kwaad doen. Het is schadelijk omdat het erger is om niet te zijn dan te zijn. Omgekeerd kan ik door goede daden wel iets toevoegen aan de wereld. Emerson schrijft: “Ik plant in woestijnen veroverd op Chaos en Niets, en zie de duisternis zich terugtrekken aan de grenzen van de horizon. Er kan geen overmaat zijn om lief te hebben; niet aan kennis; niet aan schoonheid, wanneer deze attributen in de puurste zin worden beschouwd. De ziel weigert grenzen en bevestigt altijd een optimisme, nooit een pessimisme.”

Ons leven is een proces, het is geen halteplaats met zekerheden en veilige ruimtes. Alles heeft zijn prijs maar het goede kost niks en de liefde is gratis. Het verwerven van materiële goederen heeft altijd een prijs. En als het materiële wordt verdiend zonder zweet des aanschijns heeft het volgens Emerson geen wortel in mij en kan de eerstvolgende wind het zo weer wegblazen. Emerson leert van de wijsheid van St. Bernard: “Niets kan mij schade berokkenen behalve ikzelf; de schade die ik ervaar draag ik met mij mee en ben nooit een echte lijder dan door mijn eigen schuld.”
In de natuur lijken meer en minder de boventoon te voeren, overal zijn er polariteiten en dualismen. Een onderscheid dat doet lijden als je pijn of verontwaardiging voelt in vergelijking met anderen. In de ziel zelf werkt dat niet zo. Emerson zegt dat deze ervaren bergachtige ongelijkheden in de natuur kunnen verdwijnen. Liefde vermindert ze, zoals de zon de ijsberg in de zee doet smelten. Want zo zegt hij: Omdat het hart en de ziel van alle mensen één zijn, houdt deze bitterheid van mijn en dijn op. Hij is van mij. Ik ben mijn broer, en mijn broer ben ik. Al word ik overschaduwd, ik kan toch liefhebben en grenzen overschrijden. Want het is de aard van de ziel om zich alle dingen toe te eigenen. Jezus en Shakespeare zijn fragmenten van de ziel, en door liefde verover ik ze en neem ik ze op in mijn eigen bewuste domein. Zijn deugd, – is dat niet de mijne? Zijn verstand, – als het niet van mij kan worden gemaakt, is het niet verstandig.
Emerson gaat daarin heel ver, deze zielsverbondenheid met alles en iedereen, geworteld in de essentie van het Zijn, of God. Soms leiden we grote verliezen en is er geen compensatie. Maar de schijn bedriegt. De tijd kent ook een genezende kracht die in onze werkelijkheid aanwezig is. De dood van een dierbare kan tot nieuwe ervaringen leiden, krachten die sluimerden wordt gewekt. Nieuwe relaties, nieuwe liefdes, zelfs revoluties zijn er door mogelijk geworden, zo Emerson. Als “het verbinding rijkste ogenblik het belangrijkste is” heeft dat gevolgen als de verbinding wordt verbroken. Er is niet alleen lijden maar ook nieuwe mogelijkheden kunnen zich openbaren. In onze digitale wereld kan dat een nieuwe dimensie krijgen. Als een belangrijk knooppunt, een belangrijke persoon met veel verbindingen wegvalt, treft dat ook alle andere knooppunten, alle andere mensen die met hem of haar zijn verbonden. Nu nog meer dan in de vorige eeuwen zijn mensen met elkaar verbonden. De status van martelaar en of heilige kregen mensen vroeger als ze stierven voor de goede zaak. Daaraan is niets veranderd, maar de middelen zijn tegenwoordig anders en de verbindingen ook waarmee wij met elkaar communiceren. Dat geeft hoop voor het goede. Het kwade is krachtig en veelzeggend, het goede kan echter sterk als de liefde, sterk als de dood, weerstand bieden. Vanuit de zwakheid, vanuit het lijden groeien aan de wereld. Dat is Christendom in praktijk.
John Hacking
11 september 2020
http://www.emersoncentral.com/